Klaudia (31): ‘Mijn zwangerschap was traumatisch, een emotionele rollercoaster’
Klaudia is moeder van Mason (4) en Yuna (0). Haar eerste zwangerschap verliep voorspoedig, maar haar tweede zwangerschap ervaarde ze als een traumatisch: ‘Het was een emotionele rollercoaster die niet meer stopte, ik voelde me hulpeloos en machteloos’.
Klaudia (31): “Toen mijn man en ik aan een tweede kindje wilden beginnen, bleef een zwangerschap uit. Na anderhalf jaar proberen zijn we naar de huisarts gegaan en werden we doorverwezen naar het ziekenhuis. Daar kwam niks uit, behalve ‘onverklaarbare onvruchtbaarheid’. We gingen met positieve energie een IUI-traject in en na de eerste behandeling was ik zwanger. Dat was best wel even schakelen, na twee jaar geen enkele positieve test waren we best een beetje in shock dat het nu in een keer gelukt was.
We zaten op het moment van de positieve test middenin een lockdown, dus het hele eerste trimester zag ik niemand en zo konden we het nog even geheimhouden. Toen ik na zes weken uitsprak dat ik nog helemaal geen last had van kwaaltjes, begon de misselijkheid. En dat nam zo erg toe dat ik op een gegeven moment 24/7 misselijk was. Alle smaken waren vervormd. Alles smaakte bitter, het enige dat ik kon eten was suiker, om nog een beetje energie binnen te krijgen.
Van elke geur werd ik misselijk, zelfs de geur van mijn kind
Ook kon ik geen enkele geur meer verdragen. Dat was misschien nog wel het ergste. Ik vond alles en iedereen stinken, zelfs mijn eigen kind en mezelf. Het toilet vond ik naar ijzer ruiken en van de geur van het fornuis dat aan stond, moest ik al overgeven. Ik heb zo’n neusklem gekocht die zwemmers hebben, om maar niets meer te hoeven ruiken. Het beïnvloedde mijn hele leven, want ik kon niet meer voor mijn kind zorgen door de misselijkheid en ik had helemaal geen energie meer waardoor ik overdag vaak sliep. Op dat moment was ik pas net zwanger, dus ik vroeg mezelf wanhopig af hoe ik dit nog al die tijd ging volhouden.
Ik zat in een soort overlevingsstand en ik herkende dit totaal niet van mijn eerste zwangerschap. Het was zo heftig. Bij de verloskundige voelde ik me niet gehoord. Ze zei dat het erbij hoorde. Ik wist niet waar ik met mijn gevoel heen kon. Achteraf had ik graag met andere moeders hierover willen praten, of met een zorgverlener. Alleen al om me gehoord te voelen.
Mijn man heeft een eigen sushi bedrijf en is ‘s avonds pas rond elf uur thuis en ik zag het ondertussen niet meer zitten. Mason, mijn oudste zoon werd ondertussen opgevangen door zijn oma’s. En ik onderdrukte mijn gevoel en wilde niet te veel klagen bij anderen. Vooral omdat ik dat hele traject doorgegaan was en nu eindelijk zwanger was. En ik ben twee jaar geleden ook mijn baby neefje verloren. Dus ik mocht niet klagen, vond ik. Toch was het traumatiserend om mijn eigen kind niet te kunnen onderhouden vanwege deze zwangerschap.
Ik voelde me machteloos tijdens deze zwangerschap
Rond week 18 voelde ik me wat beter. Avondeten ging nog steeds niet, maar zoete dingen zoals cake, snoep en fruit wel. Dus at ik dat, beter iets dan niets. Maar toen begon de bekkenpijn en in week twintig kon ik vrijwel niet meer lopen. Ik leende een scootmobiel om boodschappen te doen en om naar de speeltuin te gaan met mijn zoon. Weer vroeg ik me af hoe lang ik dit vol moest houden. Ik werd doorverwezen naar de fysiotherapeut. Dan ging het een half uurtje wat beter, maar daarna kwam de pijn al snel terug. Weer moest mijn zoon worden opgevangen door de oma’s. Ik voelde me machteloos en schuldig naar mijn zoontje toe. Ik had hem beloofd dat het beter zou gaan met mama als de baby eruit was.
Vanaf week twintig begon ik actief met aftellen naar de bevalling toe. Rond de 27 weken kreeg ik last van een ontzettend branderige plek onder mijn rib. Dit had ik mijn eerste zwangerschap ook en niemand kon me vertellen wat het was. Ik kon er niet door zitten of slapen. Het voelde alsof mijn huid heel erg brandde, maar er was niks te zien. Weer kwam er een klacht bij en ik voelde me hopeloos en gevangen in mijn eigen lichaam. Dat resulteerde in claustrofobie, iets waar ik nooit eerder last van gehad had.
Mijn buik was heel groot, dus ik kreeg het snel benauwd als ik zat. En zo hebben we wel eens langs de vluchtstrook gegaan omdat ik een paniekaanval kreeg in de auto. Ik voelde me dan zo opgesloten. Dit gebeurde ook in de Droomvlucht in de Efteling. Ik had me helemaal voorbereid, een scootmobiel geleend en alles ging goed tot ik in de Droomvlucht claustrofobisch werd. Ik begon te gillen dat ik geen lucht kreeg en moest eruit. Zo beleefde ik dus nergens meer plezier aan.
Ik lag alleen nog maar op bed
Met 34 weken ging ik met verlof en vanaf week 35 ben ik niet meer opgestaan uit bed. Mijn zoontje werd elke dag door iemand opgevangen, ik had een hele agenda gemaakt voor de oma’s. Weer werd ik overvallen door schuldgevoel en lag ik thuis te wachten op een baby waarvan ik dacht dat die nooit meer zou komen. Zo lang duurde het voor mijn gevoel. Ik was meer bezig met overleven dan met de baby in mijn buik, al heb ik nooit negatieve gevoelens naar haar gehad.
Ik had alle tijd om na te denken en ging alles spiegelen aan mijn eerste zwangerschap, maar dat is de grootste fout die je kan maken. Elke zwangerschap en elke bevalling is anders. Dus door die mindset werd ik keer op keer teleurgesteld. Alsof dit nog niet genoeg was kon ik de laatste weken niks meer eten. Ik kreeg last van maagzuur, zelfs van een slok water kwam het meteen omhoog en moest ik overgeven.
Bij week 38 hadden we een afspraak in het ziekenhuis. Vol hoop ging ik naar de gynaecoloog met de vraag of ik ingeleid mocht worden. Maar helaas… dat deden ze pas bij medische indicatie of vanaf 41 weken. Ik heb uit wanhoop de boel bij elkaar geschreeuwd. Ik voelde me in de steek gelaten voor mijn verloskundige en het ziekenhuis. Uiteindelijk ben ik na 39 weken bevallen van een dochter, Yuna.
Ik doe mijn verhaal omdat ik andere vrouwen die zich niet gehoord voelen tijdens hun zwangerschap een hart onder de riem wil steken. Achteraf had ik ook graag iets gelezen over zo’n situatie, al is het maar om wat begrip te voelen.”
Nina: ‘De blijdschap van de zwangerschap is omgeslagen in de angst om ons kindje te verliezen’