Redactie Kinderen 22 jul 2022, 17:05

Leestijd: 3 minuten

Voor- en nadelen van het combineren van borstvoeding en flesvoeding

De meeste moeders kiezen ervoor hun pasgeboren baby de eerste tijd uitsluitend borstvoeding te geven. In Nederland geeft ongeveer 80% van de vrouwen de eerste maand exclusieve borstvoeding. De World Health Organization adviseert zes maanden exclusieve borstvoeding, veel vrouwen stoppen echter eerder of beginnen met een combinatie van borstvoeding of flesvoeding.

Hieronder lees je meer over de voor- en nadelen.

Combineren van borstvoeding en flesvoeding

Borstvoeding geven is niet voor iedereen vanzelfsprekend. Er zijn verschillende redenen waarom sommige moeders de aangeraden zes maanden exclusieve borstvoeding niet halen, zoals dat vrouwen aanhoudende problemen kunnen hebben met de borstvoeding, de baby niet voldoende aankomt, het kolven na het zwangerschapsverlof niet lukt of omdat de moeder kunstvoeding om een andere reden verkiest boven borstvoeding. Een combinatie van flesvoeding en borstvoeding kan soms een goede middenweg zijn.

Voordelen

• Je kindje kan langer profiteren van de bescherming die borstvoeding biedt. Indien je, om welke reden dan ook, geen volledige borstvoeding kan of wil geven, is het bijvoeden met flesvoeding een goede optie. Je kindje krijgt op die manier nog zo lang mogelijk (gedeeltelijk) de beschermende stoffen uit de borstvoeding binnen.
• Je kunt de verantwoordelijkheid van het geven van voedingen delen. Zo kan je partner genieten van zijn momenten met de baby tijdens het geven van een flesje, terwijl je zelf even een welverdiende break hebt. Daarnaast kunnen anderen, zoals op de kinderopvang, de voeding overnemen als je niet thuis bent. Dit voordeel is niet alleen met flesvoeding te bereiken, je kunt ook je borstvoeding afkolven, zodat iemand anders het in een flesje kan geven.
• Je kindje krijgt genoeg voeding binnen. Veel moeders kunnen na de bevalling zelf genoeg borstvoeding produceren, enkel een klein percentage vrouwen heeft een te kleine productie door te weinig melkklierweefsel of een borstoperatie. Toch kan de productie na een tijdje teruglopen. Bijvoorbeeld door stress, hormonale veranderingen, doordat het niet lukt je kindje goed aan de borst te laten drinken, of doordat je de borst niet genoeg kan aanbieden als je weer aan het werk bent. In de meeste gevallen zijn bovenstaande problemen op te lossen door vaker te voeden, maar als dit niet lukt kun je besluiten de borstvoeding met flesvoeding aan te vullen.

Nadelen

• Je melkproductie kan teruglopen. Wanneer je minder borstvoeding geeft/afkolft, is er een grote kans dat je productie afneemt. De melkproductie werkt namelijk op basis van vraag en aanbod. Indien je merkt dat de productie tegen je wil afneemt, kun je deze weer omhoog krijgen door vaker borstvoeding te geven, of door te kolven op momenten dat de baby flesvoeding krijgt.
• Je baby kan de borst weigeren. Het zuigen aan een flesje voelt namelijk anders voor de baby dan het zuigen aan de borst. Daarnaast komt er uit een flesje vrijwel direct melk, terwijl aan de borst eerst krachtig moet worden gezogen en op het toeschietreflex moet worden gewacht. Dit kan problemen veroorzaken omdat je kindje in de war kan raken van de wisseling tussen drinktechnieken of ‘ongeduldig’ kan worden omdat het bij borstvoeding meer moeite kost om de melk uit de borst te krijgen.
• Het is meer werk en dit kan even wennen zijn. Dit klinkt wellicht tegenstrijdig, omdat je anderen bij de voedingen kunt betrekken, maar flesvoeding geven kan meer werk met zich meebrengen. Borstvoeding heb je altijd bij je, op de juiste temperatuur. Flesvoeding en flesjes moet je kopen en meenemen als je ergens naartoe gaat, de voeding moet worden klaargemaakt met schoon water op de juiste temperatuur en je moet tijdens de nacht uit bed om de fles klaar te maken.

Borstvoeding is afgestemd op je baby: hoe kan dat eigenlijk?

De voor- en nadelen van flesvoeding vs. borstvoeding