Spelen met je kind: wat moet je niet doen en juist wél?
Ja, het leven van een werkende moeder is druk. En nee, dan heb je niet altijd zin om met je kinderen te spelen. Maar soms maak je er toch, al is het uit plichtsbesef, tijd voor vrij. De vraag is of dat de juiste manier is. En hoe doe je dat dan precies, samen spelen?
Er zijn ouders die het (of ze het nou toegeven of niet) helemaal niet leuk vinden om met hun kinderen te spelen. Een moetje, dat is het soms. Maar hoe komt het dat deze ouders niet genieten van het spelen met hun kind, terwijl andere ouders dit wél doen?
Zo speelden ze vroeger
Volgens David Lancy, auteur van het boek ‘The Antropology of Childhood’, is het idee van ouders om te moeten spelen met hun kinderen een modern, westers idee. In andere culturen, stelt hij – en vroeger ook in de onze – hadden kinderen altijd leeftijdsgenootjes in de buurt om mee te spelen. Ouders voelden hierdoor niet de behoefte om met hun kinderen te spelen, en kinderen hadden geen behoefte om met hun ouders te spelen. Ze hadden wel leukere speelkameraadjes.
Zo spelen we nu
Bijna alle ouders spelen wel eens met hun kind. Maar of ze hier van genieten? Lang niet altijd. Sterker nog: sommige ouders hebben er zelfs een hekel aan om te spelen met hun kind. Volgens Peter Gray – onderzoeker aan het Boston College en auteur van het boek ‘Free to Learn’ – is daar een gegronde reden voor.
Gray stelt dat de manier waarop kinderen willen spelen, vaak niet de manier is waarop ouders willen spelen. Kinderen houden er bijvoorbeeld van om keer op keer hetzelfde spelletje te doen. Ze kunnen er soms geen genoeg van krijgen. En dat is volgens Gray ook helemaal niet erg. Het is de manier waarop ze een vaardigheid oefenen, totdat ze het goed doen. Maar ouders hebben daar nu eenmaal niet altijd zin in. De eerste keer is leuk. De tweede keer misschien ook nog. Maar de 12e keer?
Laat je niet commanderen
Het probleem zit ‘m niet alleen in de activiteit zelf. Het is ook de manier waarop kinderen zich soms gedragen tijdens het spelen. Ouders die het niet (altijd) leuk vinden om met hun kind te spelen, hebben geleerd dat ze niet dominant moeten zijn in het spel en het kind moeten toestaan om het voortouw te nemen. Maar sommige ouders gaan te ver met dit idee volgens Gray. Ze laten zich commanderen door hun eigen kind en doen of zeggen exact wat het kind wil, omdat ze denken dat het hoort. Want: het is toch hun spel?
Kijk naar de behoefte van je kind
Gray wijst hiermee de kern van het probleem aan dat zich voordoet in het spel tussen ouder en kind: ‘’Wij ouders (en dan vooral moeders) geloven dat het onze taak is om vrijwel elk moment aan de behoeften van onze kinderen te voldoen. In sommige contexten zijn wij de baas, omdat we denken dat we de baas moeten zijn, voor hun eigen bestwil. In andere contexten, en in het bijzonder in het spel, denken we vaak ten onrechte dat het onze taak is om kinderen de baas te laten spelen over ons. Maar de baas spelen (en dat geldt voor beide richtingen) vernietigt spel. Wat het wel vereist is overleg en overeenkomst, zodat aan ieders behoeften wordt voldaan.’’
Ermee kappen mag
Think about it: zouden de vriendjes of vriendinnetjes van je kind zich ook zo laten commanderen? Waarschijnlijk niet. Een vriendje of vriendinnetje dat zich na vijf potjes monopoly begint te vervelen zou zeggen: of we spelen nu iets anders, of ik kap ermee. Ze protesteren, rebelleren en uiten hun ongenoegen. En dat – stelt Gray – is precies wat sociaal leren zo’n krachtig instrument maakt. Als we kinderen toestaan om ons te domineren in het spel en geen aandacht schenken aan onze eigen behoeften en wensen, vernietigen we dus eigenlijk de sociale waarde van het spel.
Neem het spel niet over
De tegenovergestelde fout is om als ouder kinderen te domineren in hun spel. Of erger nog: het spel compleet over te nemen en het kind erbuiten te laten. Stel je voor dat je samen een zandkasteel bouwt, of een moeilijk knutselpakket in elkaar zet. Je vindt het zo leuk (en je kan het beter dan je kind) dat je het volledig overneemt. Nu is het opeens jouw spel geworden, in plaats van júllie spel.
Zo moet het wel
Oké, we weten nu hoe je dus niet moet spelen met je kind. Maar, hoe moet het dan wél? Volgens Gray is het belangrijkste aandachtspunt dat je moet zoeken naar manieren die zowel leuk zijn voor jezelf als voor je kind. Belangrijk hierbij is om te kijken naar gedeelde interesses en de moeilijkheidsgraad.
Belangrijkste les: samen lol
Op zoek naar inspiratie? De meeste kleine kinderen zijn dol op stoeien met volwassenen en chasing spelletjes. Kies een activiteit die hoog in energie is en jullie beiden aan het lachen maakt. Verstoppertje, tikkertje, dat soort dingen. Als ouder kun je bijvoorbeeld het monster zijn dat het kind gaat vangen. Het gevolg? Kinderen kruipen giechelend weg onder de tafel of achter de bank: iets waar volwassenen vaak erg van kunnen genieten. Ook balspelletjes zijn volgens Gray leuk voor jong en oud. Om het voor iedereen toegankelijk te maken kun je een zachte, opblaasbare bal gebruiken. Of je nu zacht tegen iemand aangooit of juiste de bal probeert af te pakken, je kunt je eigen regels maken. Het belangrijkste is dat je samen lol beleeft tijdens het spelen. Niet omdat het moet, maar omdat het kan.