Quirina groeide op met huiselijk geweld en zat in een gewelddadige relatie: ‘Er moet zoveel veranderen’
Alhoewel het vandaag Internationale Vrouwendag is, gaat lang niet alles over rozen. Integendeel, vrouwen en organisaties die vrouwen helpen, grijpen deze dag aan om aandacht te vragen voor serieuze problemen. Vrouwenmoord, bijvoorbeeld, en huiselijk geweld. Quirina Kofman uit Uithoorn maakte zelf huiselijk geweld mee en helpt tegenwoordig slachtoffers van huiselijk geweld bij Veilig Thuis. „Het vergt zoveel moed om uit een gewelddadige relatie te gaan.”
Volgens Kofman moet er heel veel veranderen als het gaat om hoe we met huiselijk geweld omgaan. „Maak geweld om te beginnen überhaupt bespreekbaar en toon meer begrip”, noemt ze. Ze reageert hiermee op de oproep van het Landelijk Netwerk Veilig Thuis en het Landelijk Netwerk Vrouwenopvang aan het kabinet om het aantal slachtoffers van femicide, vrouwenmoord, terug te dringen. De organisaties vragen op Internationale Vrouwendag om een gezamenlijke aanpak.
Wat er dan precies moet veranderen? Ten eerste moeten er veel meer opvangplekken komen voor vrouwen die te maken hebben met geweld. „Maak meer blijf-van-mijn-lijfhuizen. Ik hoor hoe moeilijk het is om een plek te vinden, alles is vol. Dan moet het geweld wel heel erg zijn voordat je ergens een plek krijgt. Het kan niet zo zijn dat als je een melding hebt gedaan, je alsnog thuis moet blijven.”
Internationale Vrouwendag: oproep om vrouwen te helpen
Kofman spreekt uit eigen ervaring, zij groeide namelijk op in een gezin waarin huiselijk geweld en seksueel misbruik veelvuldig voorkwamen. Zowel haar moeder als zijzelf werd mishandeld en misbruikt door haar vader. Nadat ze op haar negentiende het huis uit vluchtte, zocht ze hulp. „Ik voelde me schuldig dat ik mijn ouders in de steek had gelaten, maar begon ook te beseffen dat het niet normaal was.” Vervolgens trouwde ze naar eigen zeggen met „de eerste die zei ‘ik hou van jou'”. Met hem kreeg ze drie kinderen, maar dit was ook geen goede relatie. Na een huwelijk van 22 jaar nam Kofman opnieuw de benen en belandde ze met haar kinderen in een opvang.
Inmiddels is ze gelukkig met een nieuwe man en deelt ze haar ervaringen in haar werk. Haar moeder is nog altijd samen met haar vader, Kofman heeft met hen beiden geen contact. Het is meerdere malen voorgekomen dat ze bang was dat haar moeder de mishandelingen niet zou overleven. Ook bij vrouwen die ze tegenkomt in haar werk, is femicide geen ondenkbaar scenario. „Ik denk soms weleens; dat scheelde maar een haar.”
https://twitter.com/DimphyProp/status/1633352707355336704
Meer praten over huiselijk geweld
Ze pleit ervoor dat er veel meer moet worden gesproken over geweld. „Ik werd zelf op de camping mishandeld en mijn moeder zag bont en blauw, maar niemand zei iets. Mensen houden liever hun mond erover. Maar als we er meer over praten, is het misschien makkelijker om hulp te zoeken.”
Als het aan Kofman ligt, worden in de toekomst niet de vrouwen maar de daders uit huis geplaatst. “Dat is echt mijn droom. Laat de vrouwen en kinderen op hun eigen plek.”
Kabinet gaat meer doen om vrouwenmoord te stoppen
Het kabinet geeft gehoor aan de oproep van het Landelijk Netwerk Veilig Thuis en het Landelijk Netwerk Vrouwenopvang om meer te doen aan vrouwenmoord. D66, GroenLinks en ChristenUnie wil femicide in ons land sterk verminderen.
D66-Tweede Kamerlid Hanneke van der Werf noemt het „belangrijk dat we signalen die duiden op mogelijk geweld beter herkennen”. „Een moord kent vaak een langere aanloop. Als een vrouw melding maakt van bijvoorbeeld partnergeweld, moet de veiligheid van de melder vooropstaan en de melding met prioriteit behandeld worden.” Ze is het ermee eens dat de training van politie en hulpverleners verbeterd moet worden.
Femicide ‘te gruwelijk voor woorden’
ChristenUnie-leider Mirjam Bikker noemt het „te gruwelijk voor woorden” dat iedere acht dagen een vrouw gedood wordt. „Dat is onvoorstelbaar, grijpt mij aan en dat moet ons allemaal aangrijpen.” Ze zegt dat dit iets vraagt van iedereen, „van buurvrouw tot wijkagent, van politiek tot rechtspraak” en hoopt dat het kabinet „serieus werk” maakt van de oproep van de organisaties.
Ook GroenLinks steunt de oproep. „Uit onderzoek blijkt dat femicide voorafgegaan wordt door duidelijk herkenbare patronen en signalen. Politie en justitie moeten met menskracht en expertise in staat gesteld worden om die signalen bijtijds op te vangen om femicide te helpen voorkomen”, zegt Kamerlid Corinne Ellemeet.
De oproep van de organisaties is gericht aan de ministeries van Justitie en Veiligheid en Volksgezondheid, Welzijn en Sport. Aanleiding is Internationale Vrouwendag. Verschillende fracties in de Kamer vragen al langer om meer te doen tegen moorden op vrouwen.
Emma: ‘Ik heb voor een hoge functie verzwegen dat ik kinderen heb’