Verlegen zijn, dat is pas fijn! Dit zijn de positieve kanten van een verlegen kind
Het plakje worst van de slager niet durven aannemen of achter de benen van papa of mama wegduiken als iemand op bezoek komt… Ouders met verlegen kinderen weten precies waar we het over hebben. Vaak wordt verlegenheid gezien als een teken van zwakte, schaamte of onzekerheid. Onnodig, want er zitten ook genoeg positieve kanten aan een verlegen kind.
Wist je dat de eenkennigheidsfase bij baby’s rond de acht maanden kan worden beschouwd als vroege verlegenheid? Dit is de fase waarin een baby het verschil beseft tussen vreemden en bekenden. In deze fase hecht hij zich aan zijn primaire verzorgers, meestal de vader en de moeder. Zat hij voorheen bij iedereen op schoot, dan kan hij het tijdens deze fase opeens op een huilen zetten.
5 positieve kanten van een verlegen kind
Zo zie je dat eenkennigheid en de daarbijhorende verlegenheid bij de ontwikkeling van een kind hoort. En daar zitten verschillende positieve kanten aan.
1. Zie het niet als een probleem
Verlegenheid is eigenlijk niets meer dan angst voor andere mensen. Andere mensen kunnen je namelijk beoordelen. Op je uiterlijk, je gedrag, je kleding, je prestaties – you name it. Dat maakt van verlegenheid (deels) een kenmerk van onze cultuur. En in onze prestatiemaatschappij staat assertiviteit – voor jezelf opkomen, je laten horen – hoog in het vaandel. Extravert zijn is een dikke pre. Je moet zelfvertrouwen hebben en van je laten horen. In landen als China wordt verlegenheid en terughoudend veel meer gewaardeerd.
Bij kinderen die afwachtend, voorzichtig of bescheiden zijn, zijn we daarom al snel geneigd te denken dat ze een probleem hebben. En dat, dát zegt soms meer over degene die het oordeel velt.
2. Zie het als een fase van ontwikkeling
Wij volwassenen kunnen het ons niet meer voorstellen… Maar er is een periode in ons leven geweest dat we ons nog niet van onszelf bewust waren. Een periode waarin we onze ‘ik’ nog niet hadden ontdekt. Ofwel: de dreumestijd. Tijdens deze periode groeit bij peuters en kleuters geleidelijk aan het besef dat ze een eigen authentieke persoonlijkheid hebben. Dat ze een individu zijn. Je kind ontdekt opeens de kracht van het ‘nee’-zeggen, maar wordt zich ook bewust van zijn kleine persoontje in deze grote wereld.
Hij wordt zelfbewust en ontdekt zijn ‘ik’ op zowel een positieve als negatieve manier. Dit kan hem verlegen maken. Dat maakt van verlegenheid een fase waar je kind overheen groeit.
3. Zie het als een goede strategie
Uit onderzoek door de Universiteit van Amsterdam uit 2017 is gebleken dat er twee manieren zijn om verlegenheid te tonen: een positieve en een negatieve manier. Het verschil zit ‘m in vermijden versus toenaderen. Dit bleek uit onderzoek bij peuters van 2,5 en 4,5 jaar oud. Die peuters hadden twee verschillende manieren waarop ze verlegen waren. Bij positieve verlegenheid wendde ze hun hoofd of blik af, maar met een positieve gezichtsuitdrukking (een kleine of een grote lach). Negatieve verlegenheid is het afwenden van blik of hoofd met een negatieve gezichtsuitdrukking (angstig, bezorgd, of boos).
In het geval van positieve verlegenheid vindt het kind de sociale interactie spannend, maar wil hij het niet afbreken. In dit geval kun je verlegenheid zien als een strategie: kinderen hebben een manier gevonden om hun emotionele spanning te verminderen tijdens sociale situaties. Even wegdraaien en hup, hij is weer oké.
4. Zie het als een eigen tempo
Door de positieve verlegenheid zoals hierboven beschreven, kiest je kind ook voor zijn eigen tempo. Hij kijkt de kat uit de boom en loopt niet in zeven sloten tegelijk. Hij doet rustig aan en laat zichzelf wennen aan de nieuwe situatie.
5. Zie het als een stap naar empathie
Een kind dat verlegen is, zal sneller verlegenheid bij andere kinderen herkennen. Dat maakt een kind empathisch. Omdat een kind weet hoe het is om terughoudend te zijn, kan hij sneller toenadering zoeken bij kinderen die dat ook zijn.
Wanneer is verlegenheid een probleem?
Een verlegen kind heeft dus genoeg positieve kanten. Verlegenheid is pas een probleem als je kind zich erdoor laat belemmeren. Vermijden versus toenaderen, daar is-ie weer. Je kind kiest dan continu voor vermijden. Bijvoorbeeld wanneer je kind geen vriendjes heeft, of heel afhankelijk is van één vriendje, omdat hij geen vriendjes durft te maken. Of wanneer hij wel mee wilt spelen, maar niet durft. Als je kind nooit ergens naar toe durft om te spelen en dus bepaalde situaties gaat vermijden, dan doet hij zichzelf te kort en laat hij zich belemmeren door zijn verlegenheid.
Tips om daar mee om te gaan, lees je hier.
Uit zijn of haar schulp: met deze vijf tips help je je verlegen kind