15 dingen die je nooit tegen kersverse ouders moet zeggen
Toegegeven, ouders van pasgeboren baby’s zijn wat sensitief. Ze krijgen weinig slaap, er spelen (bij de vrouw) hormonen mee, de man is vaak nog wat onwennig met zo’n kleine frummel, maar overall betekent kersverse ouder zijn dat je vol bent van je baby en extreem gevoelig voor impulsen en opmerkingen van buitenaf. Wees dus voorzichtig met wat je zegt.
Ik heb het inmiddels drie keer meegemaakt en elke keer weer maken diverse mensen dezelfde opmerkingen die ik eigenlijk, nou laat het eigenlijk maar weg, niet had willen horen. Vooral bij de eerste stonden al mijn antennes gespannen. Alles wat werd gezegd en beweerd door oudere mensen, vrienden (zonder kinderen), goedbedoelende opa’s en oma’s, bazen of collega’s; allemaal met een goed hart, maar laat onderstaande een richtlijn zijn hoe om te gaan met ouders met een pasgeboren baby.
Wat je niet tegen kersverse ouders moet zeggen
Lezen met een knipoog!
1. En, kun je een beetje slapen?
Uhh, wat denk je. Ook al ben je gezegend met een baby die redelijk op de klok slaapt, eet en wakker wordt. Pasgeboren baby’s eten 6 tot 8 keer per dag en zeker in het begin is het gehannes met wat ze binnenkrijgen. Baby’s worden wakker, in het holst van de nacht en zeker bij een eerste ben je alert en gespannen en onzeker of alles wel goed gaat. Dus nee, we slapen matig.
Probeer ook liever niet aan te komen met verhalen over baby zus en zo die na een week al doorsliep want 1. We geloven het niet en 2. Als het wel zo is willen we dat helemaal niet horen. Slapen, van die tomeloze acht uur durende diepe sessies met rem slaap en alles erop en eraan is voorlopig even voor anderen.
2. Laat ‘t me weten hè als ik iets kan doen
Lief en goed bedoeld, maar mede vanwege nr 1 hierboven voelen onze hersenen als pudding. Er is weinig tijd en energie om te bedenken wie zich aangemeld heeft voor de ‘iets doen’ shift. Stel liever iets concreets voor zoals: ‘Ik kom woensdag even een pan soep langs brengen en haal meteen een volle tas boodschappen bij de AH.’
Of: ‘Ik haal Klaasje morgen van school en neem hem mee naar de speeltuin, ik zorg dat hij om 18.00 weer thuis is, maar dan hebben we wel al pannenkoeken gegeten.’ Kijk, daar maak je vrienden mee, voor het leven.
3. Hoe gaat ‘t met moeder de vrouw?
Ge-wel-dig. Op de hechtingen na en het feit dat m’n onderste niet zou misstaan op de Bavianen apenrots in Artis gaat het toppie. Ik denk er sterk aan om me in te schrijven voor de fiets vierdaagse binnenkort. Alle gekheid op een stok, ik heb nog nooit gehoord van een vrouw die zich enigszins goed voelde.
Mijn zwangerschappen waren vrij easy en toch wil je de eerste tijd niet nadenken over je fysieke gesteldheid. Gelukkig maar dat net bevallen vrouwen op een grote dosis adrenaline functioneren. Daardoor kunnen we een hoop hebben.
4. Slaapt ze/hij al door?
Ja, natuurlijk. Die van ons behoort tot de 0,0001 procent baby’s die na twee weken al nachten van acht uur maakt. Eigenlijk hebben we maar een wekker geïnstalleerd want het is ook weer zo overdreven om ‘m te lang te laten slapen, vind je niet. Voor eens en voor altijd: Pasgeborenen slapen NIET door!
5. Hatsjoe, hè die verdomde griep…’Mag ik hem/haar even vasthouden?’
Vooral ouders van eerstgeborenen, ik reken mezelf mee, zijn er niet zo kien op om hun engeltje uit handen te geven. Ãœberhaupt. Maar binnen komen met een griepje onder de leden, nee, niet zo verstandig. Let maar op kersverse ouders die allemaal bij binnenkomst een groen zeeppompje genaamd Dettol hebben staan.
Handen wassen graag! Of het nu echt terecht is of niet. Onze baby gaat alleen maar in handen die met groene smeurie gewassen zijn, zonder spoor van bacteriën of virussen. Loopneuzen krijgen dus helaas het deksel op de neus.
6. Terwijl de baby ontroostbaar huilt: ‘Ach, ‘t heeft honger/een poepluier/is moe’
Vooral de doelgroep bejaarde tantes en middelbare voorbijgangers in de supermarkt of Hema in de buurt bij het schap baby artikelen hebben er een handje van. Vertellen wat er met je krijsende baby aan de hand is. Meestal weten we het zelf wel en deze keer ben ik boodschappen gaan doen, is de rij aan de lange kant en sta ik nu met knappende borsten te wachten tot ik kan betalen en naar huis kan racen om aan de voeding te beginnen. Dus geef me liever jouw plekje in de rij dan mij te vertellen dat mijn baby een poepluier heeft of hongerig is.
7. Ik zou wel even naar het hoofdje laten kijken
Begin niet, ik herhaal niet, nee nooit, over de uiterlijke onregelmatigheden of mankementen van een pasgeboren baby. We hebben genoeg aan het consultatiebureau dat ons vertelt wat de ontwikkeling van ons kind is. Lengte, gewicht, hoofdomvang, vorm hoofdje, reactievermogen, we voelen ons al uitgedaagd genoeg als we te horen krijgen dat we moeten opletten of ons kind elke uur moeten draaien met een handdoekje, of nee toch niet, lekker moeten laten liggen op hun rug. Als je echt denkt dat er iets mis is, fluister het liever in het oor van mijn moeder of man.
8. En? Denken jullie al aan een broertje of zusje?
Echt, meer dan eens kregen wij de vraag of opmerking over de volgende telg. Niemand zou levensgrote beslissingen moeten nemen in tijden van stress, weinig slaap en ingrijpende veranderingen. Hé, alledrie zijn nu gaande, dus we wachten nog even als je het niet erg vindt.
9. Je kent het gezegde: lelijk in de luier, mooi in de sluier
Dit is er een voor durfals, maar je zult je verbazen dat er genoeg geinponems zijn die denken dat ze het kunnen maken dit bijzonder geestige gezegde van stal te trekken. Geloof ons: ironie en humor om te lachen als het op baby’s aankomt werkt niet.
Hormonen schakelen gevoel voor dat soort humor uit. Als je ooit al een baby in je schoot krijgt die niet zo heel knap is, verman jezelf en zeg dat het de allermooiste baby is op aarde want dat doen hormonen namelijk wel. Je laten denken dat je baby de allermooiste is.
10. Meestal na bijna drie maanden: ‘Je hebt zeker wel zin om weer aan het werk te gaan?’
Nee, dat hebben we niet. Als we uiteindelijk weer beginnen met werken gaan we het echt wel weer leuk vinden, maar als het aan ons lag werd morgen nog de Scandinavische verlofregeling ingevoerd en zaten we met behoud van baan bijna een jaar thuis.
Het kan gezapig klinken maar je kunt alleen maar spijt krijgen van je kind te weinig zien, dan je kind te veel zien. Dat kleine, snoezige, afhankelijke en zoete baby-achtige duurt te kort om er niet optimaal van te genieten.
11. Heb je gehoord van die baby, die…
Nee, daar hebben we niet van gehoord en daar willen we niks van horen. Iedereen kent wel iemand die iets vreselijks heeft meegemaakt met een pasgeboren baby. Als we ergens niet tegen kunnen is het wel horrorverhalen waarin er iets mis ging.
Toen ik vernam van een kennis die haar kindje verloor binnen een week heb ik dagenlang met mijn baby op mijn borst gehuild. Ik durfde hem niet meer alleen te laten, uit angst dat er iets kon gebeuren.
12. Ik hoop niet dat het een huilbaby wordt
Nee dat hopen wij ook niet. Punt.
13. Je geeft toch wel borstvoeding?
Ai. Je had beter moeten weten na alle felle discussies door de decennia heen. Borstvoeding, baby’s en moeders. Dat ligt gevoelig. Als het namelijk niet lukt, wat maar al te vaak om verschillende redenen gebeurt, dan is dit voor veel moeders een teleurstelling.
Het voelt altijd als falen en het tekort doen van je kind. Dan heb je ook nog de vrouwen die er gewoon geen in hebben en dat is een keuze die we alleen maar te respecteren hebben. De vraag stellen is iets insinueren en wij zeggen: don’t even go there.
14. Had je niet graag een jongetje/meisje gehad?
We hebben een baby: hij/zij/het murmelt, gaapt, huilt, poept, burpt, snurkt, snuift en ruikt als iets wat we nog nooit geroken hebben. Zo lekker. En het allerbelangrijkste: ‘t is gezond. Het geslacht doet er werkelijk niet toe. In ieder geval nu niet.
Later, vraag het dan nog maar een keertje. En als jongensmoeder van drie kan ik je verklappen: ik had best een meisje willen hebben, maar ik had nooit deze drie mannen willen missen.
15. Heel schattig, maar je sociale leven zal wel op een laag pitje staan
Wat bedoel je? Ik heb een reuze sociaal leven. Zo maar, ineens hebben we er iemand bijgekregen, die altijd bij ons is. 24/7, bere gezellig en dus heel sociaal. Oh je bedoelt uitgaan, drinken, feesten en de laatste film als eerste gezien hebben? We zijn er even niet zo mee bezig. Komt wel weer en als het niet komt is dat een keuze en dan zijn we daar reuze blij mee. Maar we weten je te vinden hoor als we zin krijgen…
Er zijn ook dingen die je nooit tegen je kind en de juf van je kind moet zeggen. Wie weet word je er wijzer van.
Dit artikel verscheen eerder op 29 maart 2014.