Laurien Bleeker Kinderen 18 jan 2024, 07:03

Leestijd: 4 minuten

Heb je meerdere kinderen? Dan herken je vast het middelste- en jongstekindsyndroom

Eerder schreven we al over het oudstekindsyndroom en ook het middelste- en jongstekindsyndroom bestaan uit persoonlijkheidskenmerken die je misschien toch wel herkent bij je eigen kinderen.

Zoals uitgelegd in het artikel over het oudstekindsyndroom, gaan ook het middelste- en jongstekindsyndroom niet om een echt syndroom. Het zijn beschrijvingen van karaktereigenschappen die vaak terugkomen bij middelste en jongste kinderen.

Het middelste- en jongstekindsyndroom

Zowel middelste kinderen als jongste kinderen hebben specifieke eigenschappen die passen bij de geboortevolgorde binnen het gezin. Lees er hieronder alles over.

Kenmerken van het middelstekindsyndroom

Middelste kinderen verschillen vaak erg in karaktereigenschappen ten opzichte van oudere broers of zussen. Kevin Leman, auteur van The Birth Order Book: Why You Are The Way You Are, zegt hierover: “Zodra een rol is vervuld door de eerstgeborene, zal het daaropvolgende kind een rol zoeken die volledig het tegenovergestelde is.”

De karaktereigenschappen die horen bij het middelstekindsyndroom komen dan ook naar voren als reactie op het gedrag en de eigenschappen van hun oudere broer of zus. Vaak is de oudste degene die goed luistert naar de ouders en zal een middelste kind dan ook vaker opstandig zijn.

Onafhankelijk, maar soms buitengesloten

Kijk je door de ogen van het middelste kind, dan krijgt de oudste veel privileges en de jongste komt met alles weg. Middelste kinderen leren dan ook goed te onderhandelen om te krijgen wat ze willen. Verder zijn het vriendelijke kinderen die goed om kunnen gaan met teleurstellingen. Ze worden het minst snel verwend en hebben dan ook realistische verwachtingen binnen het gezin. Hierdoor zijn ze bovendien het meest onafhankelijk. Ook is het zo dat het middelstekindsyndroom ervoor zorgt dat een kind zich soms (of vaak) buitengesloten kan voelen.

Tips voor het opvoeden van een middelste kind

Om ervoor te zorgen dat je kind zich niet altijd alleen maar de middelste voelt, kun je de volgende dingen doen in de opvoeding:

• Bedank je kind als het weer eens een ruzie sust tussen andere broers en zussen. Dit geeft een blijk van waardering en vertrouwen.
• Middelste kinderen hebben vaak veel vrienden, al dan niet door het gevoel van zich thuis soms buitengesloten voelen. Leef je daarom in de sociale wereld van je middelste in en toon interesse in de vriendengroep van je kind.
• Zorg voor een-op-een tijd met je middelste kind. De oudste heeft jullie al een tijd voor zichzelf gehad en de jongste heeft dat zodra oudere broers en zussen naar school gaan. Middelste kinderen moeten altijd de aandacht van de ouders delen. Ga dan ook eens samen met je middelste wat leuks doen, zodat deze zich speciaal voelt. Natuurlijk kun je dat met elk kind eens doen, maar vooral voor je middelste.

Kenmerken van het jongstekindsyndroom

De jongste is vaak de rebel van het stel. Ouders zijn niet langer voor het eerst ouders en zijn daarom een stuk makkelijker met het laatste kind. Jongere kinderen mogen daardoor vaak ook een stuk meer dan oudere broers en zussen.

Een jongste kind draagt een stuk minder verantwoordelijkheid waardoor het gemakkelijk in de omgang, zorgeloos, vrolijk en sociaal is. Veel ouders vinden hun jongste kind ook het grappigst van het gezin. Vaak zijn deze kinderen ook een stuk rebelser, omdat ze opkijken naar hun broers en zussen en een ‘ik zal het ze wel laten zien’-instelling hebben. Verwend zijn en soms een beetje gemeen zijn ook eigenschappen die horen bij het jongstekindsyndroom.

Tips voor het opvoeden van een jongste kind

Jongste kinderen kunnen enorm lief zijn, maar het volgende moment weer erg rebels. Om ervoor te zorgen dat ook de jongste zich erkend en geliefd voelt, kun je het volgende doen:

• Laat je jongste beslissingen nemen voor het gezin. Bijvoorbeeld voor het avondeten, voor een film om samen te kijken of iets om met het gezin te doen.
• Erken ook de eerste keren van je jongste, zoals plassen op het potje of veters strikken. Ook al is dat niet meer zo spannend voor jullie als ouders. Hetzelfde geldt voor het ophangen van hun kunstwerken (tekeningen) zoals je waarschijnlijk ook deed voor oudere broers en zussen.
• Geef je jongste ook verantwoordelijkheden zoals oudere broers en zussen. Hierdoor zullen laatste kinderen zich (ook) belangrijk voelen. Zorg er wel voor dat het taakjes zijn die passen bij de leeftijd.

Hoe zit het met het oudstekindsyndroom? Is de oudste echt altijd bazig?