Maartje (32): ‘Ik zal altijd die verslaafde moeder blijven’
Maartje (32) heeft jarenlang drugs gebruikt. Haar zus noemde haar zelfs een junkie, en één van haar beste vrienden overleed aan een overdosis. Inmiddels is ze moeder, fitnessfanaat, en gelukkiger dan ooit. Toch heeft ze het gevoel dat ze zichzelf iedere dag moet bewijzen.
“Mijn zus kwam een keer onverwacht langs en noemde me een junkie. Die opmerking hakte erin.”
Een likje MDMA
“Eigenlijk is mijn verslaving tien jaar geleden begonnen. Ik was klaar met mijn studie, maar kon geen baan vinden waar ik voldoening uit haalde. Mijn relatie ging voorbij, en ik raakte depressief. Ik ging veel uit, ontmoette de verkeerde mensen, en voor ik het wist nam ik mijn eerste likje MDMA op het toilet van de Club Air in Amsterdam. Het gevoel wat ik daarvan kreeg is nog altijd onbeschrijfelijk. Ik weet nog precies wat ik voelde toen het goedje insloeg. De muziek, de kleuren, de mensen, de sfeer… ik was zó gelukkig. Het is dus geen verrassing dat ik wekelijks op die toilet te vinden was.
Ik moest steeds meer drugs nemen om het effect te blijven voelen. Ik stapte dan ook al snel over op XTC, en slikte meerdere pillen op één avond. De bekende ‘blue monday‘ dip waar iedereen het over had, was voor mij onbekend. Ik had dan ook nergens last van, en stond van donderdag t/m zondag iedere avond in andere club. Op een afterparty nam ik voor het eerst een lijntje cocaïne en vlak daarna experimenteerde ik met GHB.
Eigenlijk had ik zelf niet door dat het bergafwaarts ging. Ik had namelijk één vriendengroep waar ik veel mee gebruikte, waarvan sommige vrienden meer gebruikte dan ikzelf. Vergeleken met hen viel het bij mij wel allemaal mee. Tenminste, dat dacht ik. Toch werd het gebruik met de jaren meer en meer. Mijn zus kwam een keer onverwacht langs en noemde me een junkie. Op dat moment deed het me niet zoveel, maar achteraf heeft die opmerking me enorm veel pijn gedaan.
Doorverwezen naar een afkickkliniek
De knop sloeg om toen een vriend van mij overleed. Ik was onder invloed toen ik het te horen kreeg, en ben toen zelf in een bad trip gegaan. Dat was de druppel. Ik heb mezelf in de spiegel aangekeken en mijn spiegelbeeld beloofd om nooit meer te gebruiken. Zoals verwacht kon ik dat niet op eigen kracht. Ik heb mezelf over een mega grote berg van emoties moeten stappen. Ik schaamde me dood, en vond het ontzettend moeilijk om toe te geven dat ik er niet vanaf kon blijven. Ik had een bepaald idee bij iemand die verslaafd was, en ik paste voor mijn gevoel helemaal niet in dat plaatje.
Na een aantal goede gesprekken met mijn familie en mijn huisarts werd ik doorverwezen naar een afkickkliniek. Dat was een extreem moeilijke tijd. Het vluchtgedrag wat ik normaal vertoonde, kon ik nu niet meer doen. Al mijn angsten, jeugdtrauma’s en andere emoties heb ik moeten aanpakken. Iedere dag was een gevecht, en ik heb kei- en keihard moeten knokken. Eenmaal uit de kliniek begonnen de uitdagingen pas écht. Gelukkig vond ik al snel een andere woning, en ook mijn oude vrienden heb ik nooit meer gezien. Daarbij haal ik veel kracht uit yoga, fitness en muziek.
De liefde van mijn leven
Anderhalf jaar geleden ontmoette ik de liefde van mijn leven. Lennert (36) heeft mij nooit veroordeeld, en is altijd een grote steun geweest. Al snel gingen we samenwonen en werd ik zwanger van onze zoon. Mijn omgeving is natuurlijk heel trots op me, maar toch zal er een altijd een bepaalde angst bij hen blijven. Ze zijn nog altijd bang dat ik een terugval zal krijgen. Ook nieuwe vrienden of collega’s kunnen soms oordelend kijken, of achter mijn rug om bepaalde opmerkingen maken. Ik heb er namelijk voor gekozen om nog af en toe een wijntje te drinken. Ik ken mijn grenzen en heb geen problemen met alcoholgebruik, maar in de ogen van anderen is dat onverantwoordelijk. Al helemaal nu ik moeder ben. Volgens hen zal ik altijd die verslaafde moeder blijven.”