Hiskes zoontje overleed tijdens de bevalling: ‘Ik was wel moeder geworden, maar ik had geen kind’
Hiske (33) was tot in de puntjes voorbereid op de komst van haar eerste kindje en mocht na 41 weken eindelijk bevallen. Alles leek goed te gaan. Na een probleemloze zwangerschap, volgde haar grootste nachtmerrie: haar zoontje overleed totaal onverwacht tijdens de bevalling.
Hiske: ‘De zwangerschap verliep heel voorspoedig. Tijdens de echo’s kregen we te horen dat alles prima ging. Hij groeide goed en er waren geen complicaties. De bevalling begon behoorlijk laat: met 41 weken braken eindelijk mijn vliezen. Ik wilde met mijn eigen verloskundige bevallen, maar er gebeurde weinig. De weeën kwamen maar niet op gang. Na 48 uur gebroken vliezen werd ik uiteindelijk ingeleid in het ziekenhuis.’
Heftige weeën
‘Er volgde een weeënstorm van zes uur. Ik kon nauwelijks een slokje water drinken tussendoor. Om wat verlichting te bieden, kreeg ik uiteindelijk een ruggenprik. Dat bood een poosje verlichting, maar al snel kwamen de scherpe pijnscheuten er weer dwars door heen.
De bevalling was al redelijk wat uren gaande, maar er leek niets mis te zijn met de baby. Wel was het noodzaak hem eruit te krijgen, voordat er wél complicaties zouden optreden. Er werd tot drie keer toe geprobeerd de baby naar buiten te krijgen met een vacuümpomp, maar dat was tevergeefs.’
Levenloos
‘Uiteindelijk was de enige optie een spoedkeizersnede. De artsen gaven mij niet het idee dat er iets mis was en op de monitoren was alles nog goed. Ik had er dus gewoon vertrouwen in. Toch ging het tijdens de keizersnede mis, want Hugo werd levenloos uit mijn buik getild.
Ergens in de laatste minuten heeft hij het door zuurstoftekort niet gered. Ik hoorde geen gehuil en ik zag er steeds meer artsen bij komen staan. Ik vroeg aan de arts: “Het is niet goed hè?” De arts antwoordde: “Nee, het is niet goed.” Uiteindelijk werd Hugo in mijn armen gelegd. Hij was zo mooi en het leek alsof hij sliep. Vol ongeloof keek ik naar hem. Het was zo’n gezonde en volgroeide baby, maar toch van het ene op het andere moment niet meer bij ons.’
Roes
‘De dagen erna ben ik inmiddels half vergeten. De eerste nacht mocht Hugo bij ons in de ziekenhuiskamer blijven. Hij kreeg een bedje met een koelplaatje eronder. Ik kon die nacht niet slapen, omdat ik last had van een constante herbeleving en het besef dat Hugo echt dood was. Het bleef zich in mijn hoofd keer op keer opnieuw afspelen. Hugo werd daarom in overleg even ergens anders ondergebracht, waar verpleegkundigen bij hem bleven. Hij ging uiteindelijk mee naar huis toen ik uit het ziekenhuis werd ontslagen, waar hij nog een paar dagen in zijn eigen bedje kon liggen.
We leefden in een soort roes, maar we waren ons bewust van hoe de situatie was en de keuzes die we moesten maken. Hugo werd een week na zijn geboorte begraven. Het was een mooie dienst, maar nog steeds heel erg onwerkelijk. Ik was moeder geworden, maar ik had geen kind om voor te zorgen. Dat doet onbeschrijflijk veel pijn.’
Besef
‘Vanaf toen sloeg het eigenlijk als een bom in. We werden overladen met intens verdriet. Het was ineens helemaal leeg. De kraamweek verliep anders dan ik me had voorgesteld. Ik kon niet op een roze wolk herstellen van mijn keizersnede, maar het was wel een week waarin we herinneringen konden maken samen. Ik voelde zoveel liefde voor hem. Negen maanden lang had ik mij verheugd op zijn komst. Ik had met mijn partner gefantaseerd over hoe het zou zijn als hij er eindelijk was, maar dat werd helaas geen werkelijkheid.
Het was een verdrietige tijd, maar we kregen ontzettend veel steun van elkaar en van onze naasten. Door bewust aandacht te geven aan het verdriet konden we langzaam het leven weer oppakken. We gingen aan het begin dagelijks naar zijn grafje om nog even met hem samen te kunnen zijn. Wennen doet het nooit, maar door samen volledig door het verdriet heen te gaan leerden we er mee om gaan.’
Verdriet
‘Ik heb nog steeds wel eens verdrietige momenten, maar het beheerst zeker mijn leven niet meer. Natuurlijk had ik hem liever bij me gehad, maar het is nou eenmaal anders gelopen. Daartegen vechten heeft geen zin en levert me niets op. Ik vind het wel heel belangrijk om dit verhaal te delen, omdat er na het overlijden van een kindje, in mijn geval Hugo, weinig over gesproken wordt.
Zeker als je je leven oppakt en weer gelukkig lijkt te zijn, durft niemand er echt over te beginnen. Terwijl je als moeder graag over je kinderen praat, ook als ze niet meer leven.’
Steun
‘Met mijn ervaring steun ik nu andere moeders die hun kindje zijn verloren tijdens de zwangerschap of de bevalling. Door ervaringen te delen, wordt dit onderwerp bespreekbaar gemaakt. Ik probeer de moeders vooral mee te geven om de tijd te nemen voor het verdriet. Het verdriet mag namelijk bestaan, dat hoef je niet weg te duwen. Je mag er doorheen gaan en de tijd nemen om te rouwen.
Dertien maanden na het overlijden van Hugo heb ik een dochter gekregen en anderhalf jaar daarna nog een. Na twee zwangerschappen waarbij de angst dat het mis zou gaan zeker aanwezig was, heeft het vertrouwen mij twee kerngezonde meiden opgeleverd. Maar Hugo is er in gedachte natuurlijk altijd bij en zal nooit worden vergeten.’