Bevallingsverhaal van Nikki: ‘De arts wilde niet zeggen hoeveel hechtingen ik zou krijgen’
Mooi, ontroerend en bijzonder: ieder bevallingsverhaal is uniek. Langdurige en snelle bevallingen, thuis en in het ziekenhuis, met en zonder pijnstilling, keizersnedes en vaginale bevallingen: alles komt langs in deze rubriek. Deze week lees je het bevallingsverhaal van Nikki.
Hoe het begon
“Ik was 42 weken zwanger en voelde me hartstikke fit. Als je overtijd bent, moet je iedere dag op controle om te kijken of alles in orde is. Eigenlijk was er niets aan de hand, behalve dat ik 42 weken zwanger was en er nul beweging in zat. Daarom is er besloten om de bevalling op te wekken waarvoor ik me om acht uur ‘s avonds moest melden in het ziekenhuis.
De bevalling
20.05 uur
Na alle opties overwogen te hebben, besloten we voor een ballonetje te gaan – ik werd dus ingeleid. De rode lijn in het verhaal dat nu gaat komen, is dat alles bij mij de eerste keer mislukte en alles dus een tweede keer gedaan moest worden. Bij de eerste poging lukte het ballonnetje niet, bij de tweede poging wel. Het idee was toen nog: je krijgt dat ballonnetje, je gaat lekker naar huis, slaapt in je eigen bed, komt de volgende terug dag terug naar het ziekenhuis en je gaat bevallen. De artsen zaten er dus best optmistisch in.
Maar nadat het ballonnetje was geplaatst, gebeurde er opeens heel veel. Ik kreeg heel snel weeën, gevolgd door een weeënstorm. Dingetje was alleen: de ontsluiting ging niet zo snel mee. De weeën waren dus eigenlijk voor niets, want ik had geen ontsluiting. Zoveel kon ik dus ook niet met die weeën en daarom koos ik voor pijnbestrijding.
00.17 uur
De pijnbestrijding liet lang op zich wachten, want het was inmiddels nacht en de anesthesist moest wakker gebeld worden. Uiteindelijk kreeg ik de ruggenprik en je kunt het al raden; die werd verkeerd gezet. Een tweede prik volgde en niet lang daarna ging het wel weer oké met mij. Alleen zakte alles toen zo ver weg dat ik weeopwekkers moest krijgen. Die kreeg ik, waardoor de boel op gang kwam.
06.37 uur
Na verloop van tijd kwam het verlossende antwoord: ‘Je kunt gaan persen’. Fijn, maar op dat moment was ik al tien, twaalf uur onderweg, dus ik was redelijk uitgeput. Ik was vermoeid, mijn ademhaling liep vast, ik perste en ik perste maar de baby kwam ‘de laatste bocht niet door’, zo omschreef de arts het. Ik was toen al negentig minuten aan het persen.
‘We moeten haar er nu uit krijgen, want anders wordt het een keizersnede’, klonk het toen. Zelf begreep ik niet wat daar zo erg aan was, ik was totaal vermoeid, maar in overleg zouden we het nog een laatste poging geven. Dat werd de zuignap. Om daar ruimte voor te maken werd ik geknipt. En ik zie nog steeds de artsen voor me, hoe ze de baby met zo ontzettend veel kracht uit me trokken. Eigenlijk hebben ze mij op dat moment helemaal aan gort getrokken, haha. Ik vertel het nu lachend, maar het was natuurlijk een rampzalige ervaring.
Eenmaal uit mij huilde Fem meteen. Een goed teken en ze bleek gelukkig helemaal in orde. Blijkbaar heb ik meteen gevraagd of ze flaporen heeft, iets dat ik op dat moment heel belangrijk vond. Maar toen keek ik naar beneden en zag ik overal bloed liggen… Er lag zo veel bloed dat ik er flauw van viel.
08:27 uur
Toen ik daarna mijn ogen open deed, stond de kamer vol met mensen. Voor mijn gevoel stonden er wel achttien man in de kamer. Het was namelijk het einde van shift, de nieuwe ploeg stond al in de kamer. Maar de oude ploeg was zo geschrokken van mijn bevalling, dat ook die nog in de kamer stonden. Ik heb dat toen helemaal niet door gehad, maar voor hen was het blijkbaar een heftige gebeurtenis.
Ik werd gehecht en, nieuwsgierig als ik ben, wilde ik weten hoeveel hechtingen ik kreeg. Daar hoor je vrouwen toch altijd over? ‘Ik heb zo en zo veel hechtingen.’ Dat wilde ik wel weten! De arts keek me aan en antwoordde: ‘Ik doen gewoon één grote…’ en ik realiseerde me dat ze zoveel hechtingen moest zetten dat ze er geen uitspraken wilde doen over het aantal.
Ik ben gehecht, heb twee liter bloed verloren en een bloedtransfusie gekregen. Met Fem was alles goed, maar vanwege mijn wond en mijn bloedverlies moesten we twee nachten in het ziekenhuis blijven. Een psychiater, de afdelingsarts, de verpleegsterts, in die dagen heb ik veel mensen voorbij zien komen. Een van de artsen kwam mijn wond bekijken. Hij keek tussen mijn benen, komt omhoog, kijkt me aan en sprak de onvergetelijke woorden: ‘Dit wordt nooit meer zoals het was.’ Joh, je meent het.
Hoe is het bevallen?
Ik had het gevoel dat ieder hoofdstukje in mijn bevallingsboek al heftig an sich was, maar bij mij kwam er maar geen einde aan. Het was pech op pech op pech. Ik kijk er op terug als heel veel kleine traumaatjes achter elkaar, waardoor de hele bevalling traumatisch was. Daarom heeft de bevalling diepe sporen achtergelaten. Dat gevoel van machteloosheid… En al die mensen in de kamer… Weken later had ik nog last van nachtmerries. Al die mensen in mijn kamer, ik zie ze nog staan. Pas na een aantal jaar durfde ik voor een tweede kindje te gaan. Langzaam groeide het gevoel dat een tweede bevalling nooit zo extreem kon zijn als de eerste en merkte ik dat ik er klaar voor was.
Overigens is mijn tweede bevalling op veel vlakken totaal het tegenovergestelde verlopen: snel, soepel, zonder hechtingen. Het enige dat ik lastig vond, was dat ik bij Mijs weer 42 weken zwanger was. Ik zou opnieuw ingeleid worden, en daar baalde ik ontzettend van. Toen heb ik flink zitten huilen. Maar gelukkig heeft Mijs besloten zelf te komen, nog voordat ik ingeleid zou worden. Bij die bevalling vier jaar later trof ik dezelfde verloskundige per toeval aan. Ze herkende me. Dat was opnieuw een besefmoment dat ook voor haar mijn bevalling is onvergetelijk geweest.”
Bevallingsverhaal Paula: ‘Dit was veel erger dan alle doemscenario’s die ik had bedacht’